The number of farms in the Netherlands is decreasing. As a result, many agricultural buildings are losing their original function and designation. This article describes the re-use of former agricultural buildings by non-agricultural entrepreneurs. These new activities imply changes to the rural landscape, rural economy and rural society, which can be valued both as positive and as negative outcomes. Copyright (c) 2003 by the Royal Dutch Geographical Society KNAG.
RUIMTEGEBRUIK gende drijfVeren en motivaties bepalend zijn voor het al dan niet ontstaan van meervoudig ruimtegebruik. Of er nu wel of geen schaarste aan ruimte bestaat, ruimtelijke kwaliteit en efficiënt omgaan met de ruimte wordt steeds meer gezien als gezamenlijke doelstelling van markt en overheid. De markt neemt de verantwoordelijkheid voor de ruimte steeds vaker op zich. Ze besteedt aandacht aan de kwalitatieve aspecten van de ruimtelijke inrichting, zoals efficiënt ruimtegebruik, schoonheid, milieukwaliteit en energiebesparing. Dit wil echter niet zeggen dat er geen rol meer is weggelegd voor de overheid. Zij moet de verantwoordelijkheden voor ruimtelijke kwaliteit aansturen en stimuleren met duidelijke instrumenten en regels. Marinka van Vliet is junior onderzoeker aan de faculteit ruimtelijke wetenschappen van de Universiteit Utrecht met planologie als specialisatie. Dit artikel is gebaseerd op haar afstudeerscriptie 'Dubbel Zinnig; onderzoek naar de bijdrage van meervoudig ruimtegebruik aan ruimtelijke kwaliteit'. Literatuurselectie CUR (1998) Gedeelde ruimte is dubbele ruimte. Gouda: CUR. Groothuismink, I. (1999) Ondergronds ruimtegebruik en ruimtelijke kwaliteit. In:
scite is a Brooklyn-based organization that helps researchers better discover and understand research articles through Smart Citations–citations that display the context of the citation and describe whether the article provides supporting or contrasting evidence. scite is used by students and researchers from around the world and is funded in part by the National Science Foundation and the National Institute on Drug Abuse of the National Institutes of Health.