In deze studie zijn de doptypen Albuz CVI 80 01, CVI 80 015, CVI 80 02, CVI 80 025, CVI 80 03, CVI 80 04 en CVI 80 05 onderzocht om hun driftgevoeligheid te classificeren voor toepassingen in zowel neerwaartse (bij 300 kPa spuitdruk) als op-en zijwaartse toedieningen (bij 300 en 700 kPa spuitdruk). Voor de dopclassificatie bij neerwaartse toediening werden druppelgroottemetingen gedaan, waarvan de resulterende druppelgroottespectra en druppelsnelheden gebruikt werden in het IDEFICS driftmodel. Er zijn verschillende configuraties van de spuitboom onderzocht, door te variëren in dopafstand en spuitdophoogte. Van deze configuraties is eerst op een spuitbord vastgesteld of zij een voldoende gelijkmatige verdeling zouden geven, dat wil zeggen een variatiecoëfficiënt (VC) minder dan 10%. Vervolgens zijn driftsimulaties uitgevoerd, waarna driftreducties ten opzichte van de referentiesituatie werden berekend en de configuraties werden vergeleken met de classificatiegrenzen. Volgens het huidige classificatiesysteem zijn alleen de situaties van belang waarbij de spuitdophoogte 50 cm is. Bij deze spuitdophoogte en een dopafstand van 25 cm zouden de doptypen CVI 80 01, CVI 80 025, CVI 80 03, CVI 80 04 en CVI 80 05 als DRD75 aangemerkt kunnen worden, bij een spuitdruk van 300 kPa. Evenzo zouden bij dezelfde spuitdophoogte maar met een dopafstand van 50 cm de doptypen CVI 80 04 en CVI 80 05 als DRD75 aangemerkt kunnen worden, bij een spuitdruk van 300 kPa. Een verlaging van de spuitdophoogte gaf een hogere driftreductie. Bij een spuitdophoogte van 40 cm en dopafstand van 25 cm leverden alle onderzochte doptypen bij 300 kPa spuitdruk een VC minder dan 10% en een driftreductie van meer dan 75%. Bij een spuitdophoogte van 30 cm en dopafstand van 25 cm bleken alleen doptypen CVI 80 025, CVI 80 04 en CVI 80 05 te voldoen aan het criterium van VC<10% bij 300 kPa spuitdruk; ze leverden daarbij een driftreductie van meer dan 90%, en kunnen op basis van nieuwe protocol aangemerkt worden als DRD75 voor gebruik in de DRT 'Verlaagde spuitboom'. Voor de dopclassificatie bij op-en zijwaartse toedieningen speelt alleen de volumefractie van kleinere druppels (V 100 ) een rol. Deze V 100 werd vergeleken met die van de grensdoppen voor driftreductieklassen bij op-en zijwaartse toedieningen, waarna een classificatie mogelijk was. Alle onderzochte doptypen bleken bij een spuitdruk van zowel 300 kPa als 700 kPa in aanmerking te komen voor classificatie als DRD75.
Dit rapport is gratis te downloaden op https://doi.org/10.18174/563415 Results of spray drift experiments are presented of the Munckhof MAS cross-flow fan orchard sprayer in comparison with a reference spray technique for fruit crop spraying in The Netherlands. The Munckhof MAS sprayer was equipped with controllable air valves and drift reducing nozzles (Lechler ID 90-01 C at 5 bar spray pressure, 90 % drift reduction), the PTO of the tractor, controlling the fan speed, was limited to 300 rpm. The Munckhof MAS orchard sprayer used a specific protocol for the outer three tree rows, limiting the amount of air support out of the orchard and spraying the outer tree row from one side. During the spray drift experiments, performed in 2020 and 2021, the downwind outer 24 m of an apple orchard was sprayed at the full leaf stage (BBCH 75-91) using the fluorescent tracer Acid Yellow 250. Spray drift deposition was collected downwind on a mowed grass area up to 25 m distance from the last tree row. For the Munckhof MAS orchard sprayer spray drift reduction at 4.5-5.5 m distance from the last tree row was 98.9% in comparison with the reference spray application.
Dit onderzoek is in samenwerking met Kruse Ootmarsum BV te Ootmarsum uitgevoerd door de Stichting Wageningen Research (WR), business unit Agrosysteemkunde (projectnummer 3710470100).
In this study, the nozzle types Agrotop TDXL 80-015, TDXL 80-02 and TDXL-D 110-02 were investigated to classify their drift reduction potential for downward spray applications (at 2, 3 and 3 bar spraying pressure, respectively). The uniformity of the spray distribution was tested on a patternator for the appropriate nozzle height (default height 0.50 m; for the 80-degree nozzles lowered to 0.30 m). For all three nozzle types the resulting coefficient of variation (CV) was less than 10%. Droplet size measurements were done using a PDPA system and the resulting droplet size spectra and droplet velocities were used in the IDEFICS spray drift model. Spray drift deposits on a standardized ditch were computed, as well as the corresponding drift reductions compared to the reference situation. According to the current classification system for drift reducing nozzles, the drift reduction capability of all nozzle types must be evaluated at nozzle height 0.50 m above the crop. At this nozzle height and a nozzle spacing of 0.50 m, nozzle type TDXL-D 110-02 could be classified as 75% drift-reducing (DRD75) at liquid pressure of 3 bar. At a nozzle spacing of 0.25 m, the nozzle types TDXL 80-015 and TDXL 80-02 could also be classified as DRD75, at a nozzle pressure of 2 and 3 bar, respectively. Therefore, these 80-degree nozzle types are eligible to be used as DRD75 nozzles at the given liquid pressures in the drift-reducing technique (DRT) of 'lowered sprayer boom'.
In deze studie zijn de spleetdoptypen Albuz CVI 110 015 en CVI 110 02 als ook de tweewaaierdoptypen CVI Twin 110 02 en CVI Twin 110 025 onderzocht om hun driftgevoeligheid te classificeren voor toepassingen in neerwaartse bespuitingen bij 200 kPa spuitdruk. Voor de dopclassificatie bij neerwaartse toediening werden druppelgroottemetingen gedaan, waarvan de resulterende druppelgroottespectra en druppelsnelheden gebruikt werden in het IDEFICS driftmodel. Hierbij was zowel de spuitdophoogte als de dopafstand 0,50 m. Op een spuitbord werd vastgesteld dat de geteste doptypen een voldoende gelijkmatige verdeling gaven, dat wil zeggen de variatiecoëfficiënt (VC) bedroeg minder dan 10%. Vervolgens zijn driftsimulaties uitgevoerd, waarna driftreducties ten opzichte van de referentiesituatie werden berekend en de configuraties werden vergeleken met de classificatiegrenzen voor driftreducerende doppen. De resultaten toonden aan dat de spleetdoptypen CVI 110 015 en CVI 110 02 bij een spuitdruk van 200 kPa als DRD50 aangemerkt zouden kunnen worden. Evenzo zouden de tweewaaierdoptypen CVI Twin 110 02 en CVI Twin 110 025 bij 200 kPa als DRD75 aangemerkt kunnen worden.
scite is a Brooklyn-based organization that helps researchers better discover and understand research articles through Smart Citations–citations that display the context of the citation and describe whether the article provides supporting or contrasting evidence. scite is used by students and researchers from around the world and is funded in part by the National Science Foundation and the National Institute on Drug Abuse of the National Institutes of Health.
customersupport@researchsolutions.com
10624 S. Eastern Ave., Ste. A-614
Henderson, NV 89052, USA
This site is protected by reCAPTCHA and the Google Privacy Policy and Terms of Service apply.
Copyright © 2025 scite LLC. All rights reserved.
Made with 💙 for researchers
Part of the Research Solutions Family.