In dit proefschrift werden sociaal-cognitieve aspecten onderzocht die kunnen bijdragen aan het voortduren van chronisch pestslachtofferschap. Gepest worden heeft langdurige gevolgen, zoals meer mentale klachten, lagere schoolprestaties en zwakkere sociale vaardigheden, welke nog heviger zijn voor langdurige slachtoffers. Eerder onderzoek liet zien dat slachtoffers situaties over het algemeen negatiever interpreteren, zich sneller afgewezen voelen en vaker denken dat anderen iets gemeen bedoelden. Daarnaast hebben slachtoffers een minder positief beeld van leeftijdsgenoten. Wel bleken er weinig longitudinale studies en studies naar aandacht voor sociale informatie te bestaan. Daarom werd aandacht voor andermans emoties onderzocht. Er werd geen verband gevonden tussen slachtofferschap en aandacht voor emoties van leeftijdsgenoten, noch voor een verschillende verwerking door de hersenen. Vervolgens werd het verband over tijd tussen gevoeligheid voor afwijzing en slachtofferschap onderzocht. Naarmate iemand vaker slachtoffer was, was diegene ook gevoeliger voor afwijzing. Echter, er werd geen verband over tijd gevonden. Een verandering in slachtofferervaringen leidde niet tot een verandering in gevoeligheid voor afwijzing, noch andersom. Als laatste werd buitensluiting onderzocht. Bij iedereen verslechterde het humeur na buitensluiting, maar langdurig heviger gepeste kinderen neigden meer naar het straffen van buitensluiters. Ook was een hersengebied, de insula/IFG, van gepeste kinderen actiever. Dit duidde erop dat buitensluiting een negatievere ervaring was voor slachtoffers, die ook meer moeite kostte om mee om te gaan. Uit deze dissertatie bleek dat (langdurige) slachtoffers over het algemeen een negatievere stijl hebben voor het verwerken van sociale informatie, vooral bij het interpreteren van en het reageren op sociale situaties.
Abstract
This dissertation examined social-cognitive aspects that possibly contribute to the continuation of victimization experiences. Being bullied has long-term consequences, such as lower mental health, lower academic achievement, and weaker social skills, which are more pronounced for chronic victims. An overview of previous research showed that victimization relates to more negative interpretations of (social) situations, such as interpretations of being rejected and mean intentions of others. Furthermore, victims have less positive opinions of peers and the social climate. However, longitudinal studies and studies examining attention toward social cues were lacking. Hence, the first empirical study in this dissertation examined emotion processing. No associations between (prolonged) victimization and attentional bias towards emotions were found, nor between underlying neural processing and victimization. Second, associations between victimization and rejection sensitivity were examined over time. Overall, children with more victimization experiences were more rejection sensitive. However, no evidence was found that individual changes in rejection sensitivity were followed by individual changes in victimization, nor the other way around. Last, exclusion in an online ball-throwing-game was examined. Everyone experiences a dip in mood when excluded. However, children with more intense victimization experiences over the past two years had stronger intentions to punish excluders. Victims appeared to have stronger insula/IFG activation during social exclusion, indicating that it might be a more negative experience for them, which required more cognitive control. Taken all results together, (prolonged) victims appear to have a more negative social-cognitive style, which is particularly reflected in interpretation of and responses to social cues.