Een niet goed functionerend occlusiesysteem heeft negatieve gevolgen voor het functieniveau van het orale systeem en het orofaciale systeem. Zuiver mechanisch gezien heeft een beperkte anatomische reductie van het occlusiesysteem beperkte gevolgen voor het functieniveau omdat er diverse vormen van adaptatie, reservecapaciteit en compensatie zijn. Na verlies van (delen van) gebitselementen kan een occlusiesysteem echter zodanig anatomisch zijn gereduceerd dat herstel van het functieniveau nodig is, bijvoorbeeld met al dan niet implantaatgedragen kronen en bruggen. De mechanische belastbaarheid van een intact gebitselement en van eenzelfde type gebitselement dat na aantasting is gerestaureerd met een gegoten kroon is niet essentieel verschillend. Bij bruggen ligt dit anders omdat de mechanische belasting wordt gereguleerd via de mechanoreceptoren in de parodontale ligamenten van de gebitselementen. Deze regulering wordt verstoord bij een tekort aan of, in geval van implantaten, de afwezigheid van mechanoreceptoren. Of dit tot merkbare problemen leidt, is niet bekend. orofaciale systeem kunnen noemen. Bij pathologische mechanische belasting of bij te ingrijpende aantasting van de interne anatomische of fysiologische factoren die de belastbaarheid bepalen, ontstaat wel een nieuwe homeostase, maar op een lager niveau van functioneren, kortweg een lager functieniveau genoemd.Van Willigen onderscheidde ook nog het orale systeem als onderdeel van het orofaciale systeem en de hoofdfuncties daarvan omschreef hij als: 1. de voedselopneming (zuigen, bijten, kauwen, slikken enzovoorts), 2. het spreken, zingen enzovoorts, 3. de mimiek als onderdeel van de fysionomie. De voor de uitvoering van deze hoofdfuncties noodzakelijke bewegingen worden mogelijk gemaakt door een complex samenspel van de orale spieren, de mandibula, de maxilla, de temporomandibulaire gewrichten en de gebitselementen. Voor de uitvoering van alle functies moeten de spieren van de tong, de wangen, de lippen, de kauwmusculatuur en de supra-en infrahyoïdale spieren de benodigde energie leveren en gecoördineerd samenwerken. Daarbij moeten ook nog beide temporomandibulaire gewrichten gecoördineerd, gelijktijdig, maar ongelijk functioneren (Van Willigen, 1983). Ook in het orale systeem heerst onder fysiologische omstandigheden homeostase.Binnen het gecompliceerde orale systeem kan het occlusiesysteem worden onderscheiden dat iets minder gecompliceerd is en daardoor gemakkelijker kan worden gedefinieerd. Met een modificatie van een eerder gepresenteerde definitie kan het occlusiesysteem worden omschreven als een onderdeel van het orofaciale systeem dat bestaat uit de processus alveolares maxillae en mandibulae en de al dan niet occluderende en al dan niet gerestaureerde gebitselementen, waarbij ook of uitsluitend prothese-elementen aanwezig kunnen zijn (Witter et al, 2011). Ook in het occlusiesysteem bestaat homeostase: een zelfregulerend fysiologisch evenwicht dat kan worden verstoord bij pathologische mechanische belasting of bij aantasting van de interne anato...