Honderd jaar MAB leert dat de rol van de accountant vanaf de jaren 1920 geëvolueerd is van boekhoudkundig adviseur (private taak) naar vertrouwensman van het maatschappelijk verkeer (publieke taak). Ook een toenemende behoefte aan specialisatie en differentiatie, een wettelijke regeling van het beroep en het belang van goed onderwijs zijn in dat kader opmerkelijk. Het controleproces verschuift in die periode van formele boekhoudkundige controles naar een meer materiële aanpak, waarbij interne controle steeds belangrijker wordt. Vanaf de jaren ’50 spelen internationale ontwikkelingen een steeds grotere rol, met een focus op ethiek, onafhankelijkheid en professionele groei. Ook de opkomst van computers versnelt de evolutie van het controleproces. Vanaf de jaren ’90 neemt de aandacht voor accountantscontrole in het MAB toe, mede door boekhoudschandalen en crises. Onderwerpen als maatschappelijke verantwoordelijkheid, strengere regelgeving en extern toezicht, risicobeheersing, fraudedetectie, IT-auditing en duurzaamheid krijgen steeds meer aandacht.