This article presents the results from a corpus-based investigation of the word order variation observed in verb clusters with 'receptive' or 'semi-passive' krijgen 'to get' + a past participle, i.e. between the order in dat hij het boek overhandigd kreeg and the one in dat hij het boek kreeg overhandigd 'that he was handed (literally: got handed) the book'. In contrast to the same word order variation in clusters with the much more frequent (and much older) auxiliaries hebben 'to have', zijn 'to be' and worden 'to be/become', which has been the subject of numerous existing studies, including multifactorial corpus-based work by De Sutter (2005, 2007, etc.) and Bloem, Versloot & Weerman (2014, 2017, the variation in krijgen-clusters has never been investigated before, barring a preliminary study by Colleman & Rens (2016). A mixed-effects logistic regression analysis of data culled from a diachronic corpus of Dutch newspaper texts shows (i) that the variation in krijgen-clusters, though it is fairly new, is driven by largely the same language-internal factors as the variation in clusters with hebben etc., and (ii) that, in the course of the 20 th century, there has been a significant increase in the relative frequency of the 'auxiliarised' krijgen + participle order.1 Het onderzoek van de eerste auteur gebeurde binnen een onderzoeksproject gefinancierd door het FWO Vlaanderen (projectnummer: 11D3421N). We willen graag Gert De Sutter, Hans Broekhuis en twee anonieme beoordelaars bedanken voor hun opmerkingen en suggesties bij een eerdere versie van dit artikel. De eerste auteur heeft het data-onderzoek uitgevoerd dat wordt gerapporteerd in paragrafen 3 en 4. Beide auteurs hebben in gelijke mate bijgedragen aan de theoretische inbedding en interpretatie van de resultaten.