Zij surfde, maar hij durfte niet

Abstract

Hoewel de spelling van Nederlandse verledentijdsvormen van zwakke werkwoorden algemeen als eenvoudig wordt beschouwd (ze zijn immers klankzuiver) maken zelfs universiteitsstudenten opvallend veel fouten bij de keuze tussen de uitgangen -te en -de. Voor een deel zijn die fouten ‘natuurlijk’ in die zin dat ze het gevolg zijn van de werking van frequentie en analogie. Anderzijds stellen we vast dat Nederlanders veel meer fouten maken dan Vlamingen, althans als de stam op een coronale fricatief eindigt (s, z, f, v). Aangezien de Nederlandse proefpersonen de ‘regel’ (het ezelsbruggetje ’t kofschip) beter lijken te beheersen dan de Vlamingen, moet de verklaring voor het verschil gezocht worden in een klankverandering die zich wel in Nederland maar niet of nauwelijks in Vlaanderen voordoet, de verstemlozing van de fricatieven. Het spellingprobleem vraagt om didactische maatregelen en/of politieke: het kan wellicht grotendeels worden opgelost door de spellingregels een weinig aan te passen

The Voice of Holland: Allograph Production in Written Dutch Past Tense Inflection

“…Words are easier to spell when these cues converge on the correct answer than when they collide. In this study, the IMP was evaluated in light of the complex spelling pattern of Dutch past tense, which is notoriously difficult and problematic in the Dutch education system and beyond (e.g., Assink, 1987;Bonset & Hoogeveen, 2009;DeSchryver et al, 2013;Ernestus & Baayen, 2001;Neijt & Schreuder, 2007;Zuidema, 1988). We assessed to what extent morphophonological and orthographic cues contribute to Dutch past tense item difficulty through item difficulty and error analyses.…”

“…Longer words are expected to be more difficult to spell correctly, as are verbs with more difficult infinitives (e.g. DeSchryver et al, 2013). Furthermore, plurals are probably more difficult to spell correctly than singular verbs, as they also demand syntactic agreement.…”

“…Past tense spelling is an area of difficulty within verb spelling for Dutch children (Assink, 1987;Neijt & Schreuder, 2007) and even adults (DeSchryver, Neijt, Ghesquière, & Ernestus, 2013;Ernestus & Baayen, 2001). However, not all past tense verbs spellings are equally difficult.…”

“…If so, then the past tense is formed by adding-te (schepte); otherwise it is-de (rende). Although this rule explicitly addresses morphology, phonology, and spelling, its acquisition is protracted in (spoken and) written language (DeSchryver et al, 2013;Neijt & Schreuder, 2007). The difficulty resides in being able to inflect for past tense (morphology) but especially in selecting the correct allograph (involving morphophonology and orthography).…”

“…They thus use their implicit knowledge of voicing probability to resolve the ambiguity in past tense formation based on the stem. Although the influence of this type of statistics has been reported to affect real and pseudoword past tense realisation of adults (e.g., DeSchryver et al, 2013;Ernestus & Baayen, 2001, 2003, 2004, the extent of this influence on children's past tense production has not been documented. If voicing probability is found to affect past tense production, this means that children are sensitive to voicing value, rhyme structure, and voicing probability in general in their morphology and apply this analogy to verbs.…”