The criminal justice system in Western countries is ever more frequently facing the question of how to deal with immigrants' cultural practices, such as honour killings, blood revenges and female circumcision, better known as 'Female Genital Mutilation', that are considered to be in violation of human rights. Especially practicing Female Genital Mutilation has been subjected to an intense debate in the last four decades. This debate culminated provisionally in the recently adopted resolution by the United Nations, which calls upon its member states to eliminate this practice. Despite such calls, the results of criminal enforcement in banning this practice diverge in many countries. This raise the question whether national views on citizenship and multiculturalism may offer an explanation for the divergent enforcement practices in the area of Female Genital Mutilation. This study pays in particular attention to the way France, England and the Netherlands have criminalised Female Genital Mutilation and whether the results of their legal approaches in banning this practice by using criminal law, can be declared from their particular notions of citizenship.
Waar vrijheid van godsdienst constitutioneel is gewaarborgd, is er ook altijd een discussie over de reikwijdte van dit recht. Want wat valt er nu rechtens onder de beschermingssfeer van godsdienstvrijheid? 1 Deze discussie wordt doorgaans veroorzaakt door algemeen geldende normen die in de praktijk een belemmering of een beperking vormen voor en van de 'vrije' uitoefening van godsdienst, of beter gezegd: praktijken met een 'religieuze' dimensie. 2 Denk hierbij aan polygame huwelijken: weliswaar toegestaan volgens sommige tradities, maar naar Nederlands recht zowel civiel-als strafrechtelijk verboden. 3 Ook het gebruik van verboden middelen, zoals drugs, voor religieuze doeleinden, is een goed voorbeeld van een naar de letter van de wet verboden praktijk. Denk hierbij aan het verboden middel ayahuasca dat door leden van de Santo Daimekerk wordt gebruikt. 4 Meer ingrijpend zijn praktijken met een religieuze dimensie die (een onherstelbare) inbreuk maken op het lichaam. Bekende voorbeelden hiervan zijn rituele jongens-en meisjesbesnijdenis. 5 Hoewel in de afgelopen jaren veel onderzoek is verricht naar de verhouding tussen recht en religie, 6 blijft de dynamiek tussen het recht dat normstellend is en religie die eigen interne normen en gebruiken heeft, die soms indruisen tegen het wettelijke kader, een fascinerende. In dit verband zijn definitieve antwoorden op concrete vraagstukken moeilijk te geven, zoals die over de toelaatbaarheid van normafwijkende religieuze praktijken. Denk hierbij aan de toelaatbaarheid van gezichtsbedekkende kleding in de openbare ruimte: volgens een groot aantal rechtstheoretici een toelaatbare manifestatie van godsdienst; volgens de rechtspraak een ontoelaatbare inbreuk op de rechten en vrijheden DOI 10.7590/ntkr_2022_011 * Mr. dr. S. Wahedi is als rechter in opleiding verbonden aan de rechtbank Rotterdam. Deze bijdrage schrijft hij in zijn hoedanigheid van fellow aan de afdeling Encyclopedie van de Rechtswetenschap (Universiteit Leiden). Zie voor een weergave van de rechtstheoretische discussie hierover: S. Wahedi, The Constitutional Dynamics of Religious Manifestations (diss. Rotterdam), Rotterdam: 2019. 1 Maatschappelijke onrust en de roep om (bijvoorbeeld gender)gelijkheid zijn eveneens aanleiding om religieuze manifestaties te onderwerpen aan een kritische discussie. 2
scite is a Brooklyn-based organization that helps researchers better discover and understand research articles through Smart Citations–citations that display the context of the citation and describe whether the article provides supporting or contrasting evidence. scite is used by students and researchers from around the world and is funded in part by the National Science Foundation and the National Institute on Drug Abuse of the National Institutes of Health.