Search citation statements
Paper Sections
Citation Types
Year Published
Publication Types
Relationship
Authors
Journals
Casus: een IC-verpleegkundige met lage-rugklachtenJose´Brugmans is een 31-jarige gediplomeerde ICverpleegkundige. Ze heeft een aanstelling voor 70% en draait normaal alle diensten (vroege, late en nacht, inclusief weekends) op de Intensive Care van het Streekziekenhuis. Ze verzuimt nu 3 weken vanwege lage-rugklachten. In het verleden is ze wel vaker met rugklachten uitgevallen, maar nooit langer dan 2 weken.Op het spreekuur van haar bedrijfsarts, Marion van Raad, vertelt Jose´dat de pijn heviger is dan de vorige keren. Ze heeft ook af en toe last van haar rechterbeen. Soms schiet de pijn door tot onder haar knie. Hoesten en persen hebben geen duidelijke invloed op de klachten.Jose´heeft een dochter van 2 jaar. Ze kan die momenteel niet in het wagentje zetten of in bed tillen. Eigenlijk kan ze ook haar gewone huishoudelijke werkzaamheden niet goed aan. Ze moet hulp vragen voor schoonmaakwerk en boodschappen. Ze is vorige week bij de huisarts geweest omdat de pijn was toegenomen. Ze heeft haar huisarts gevraagd of er een foto van haar rug gemaakt kan worden, maar deze vond dat niet nodig. Hij adviseerde haar in beweging te blijven en zo nodig een pijnstiller te nemen. Volgens de NHGStandaard zou een foto bij rugklachten van deze aard en duur niet nodig zijn.Jose´is niet gelukkig met dit advies van haar huisarts. Zij vraagt nu aan de bedrijfsarts of deze de foto wil laten maken. Ze is bang dat ze een hernia heeft en dat het allemaal erg lang gaat duren als er verder niets gebeurt. Bovendien heeft de leidinggevende van de IC haar gebeld met de vraag hoe lang ze denkt weg te blijven. Het is erg druk op de afdeling, er zijn nog enkele collega's ziek, en men kan Jose´eigenlijk niet missen.Marion van Raad doet een gericht lichamelijk onderzoek. Behalve een wat moeizaam functioneren van de lumbale wervelkolom, een licht beperkte anteflexie en enige lumbale hypertonie vindt zij geen afwijkingen. Met name is er geen sensibiliteitsvermindering of krachtsverlies aan de benen. Tenen-en hakkengang zijn ongestoord. De peesreflexen zijn normaal en symmetrisch en het teken van Lase`gue is beiderzijds negatief.De bedrijfsarts bespreekt haar bevindingen met Joseé n vertelt haar dat er geen aanleiding is om een foto te maken. Zij legt Jose´geduldig uit dat er sprake is van aspecifieke lage-rugklachten. Het is het beste om in beweging te blijven, en die activiteiten te doen die ze momenteel redelijkerwijs aankan. Met deze klachten en in dit stadium is er geen enkele reden voor beeldvormende diagnostiek, zoals ro¨ntgenfoto's of een MRI. Zulk onderzoek levert vrijwel nooit iets op, en als er al afwijkingen worden gevonden, hebben die vaak niets met de rugklachten van doen.Jose´hoort de uitleg van haar bedrijfsarts beleefd aan, maar geeft aan dat ze toch verder onderzoek wil. Zij heeft daar toch zelf ook een inbreng in? Een gewone ro¨ntgen-foto doet toch geen kwaad met die lage stralingsdoses van tegenwoordig? En die uitstralende pijn in haar rechterbeen zou toch heel goed op een beginnende hernia kunnen wijzen?A.P. Nauta (*) PersonaliaN...
Casus: een IC-verpleegkundige met lage-rugklachtenJose´Brugmans is een 31-jarige gediplomeerde ICverpleegkundige. Ze heeft een aanstelling voor 70% en draait normaal alle diensten (vroege, late en nacht, inclusief weekends) op de Intensive Care van het Streekziekenhuis. Ze verzuimt nu 3 weken vanwege lage-rugklachten. In het verleden is ze wel vaker met rugklachten uitgevallen, maar nooit langer dan 2 weken.Op het spreekuur van haar bedrijfsarts, Marion van Raad, vertelt Jose´dat de pijn heviger is dan de vorige keren. Ze heeft ook af en toe last van haar rechterbeen. Soms schiet de pijn door tot onder haar knie. Hoesten en persen hebben geen duidelijke invloed op de klachten.Jose´heeft een dochter van 2 jaar. Ze kan die momenteel niet in het wagentje zetten of in bed tillen. Eigenlijk kan ze ook haar gewone huishoudelijke werkzaamheden niet goed aan. Ze moet hulp vragen voor schoonmaakwerk en boodschappen. Ze is vorige week bij de huisarts geweest omdat de pijn was toegenomen. Ze heeft haar huisarts gevraagd of er een foto van haar rug gemaakt kan worden, maar deze vond dat niet nodig. Hij adviseerde haar in beweging te blijven en zo nodig een pijnstiller te nemen. Volgens de NHGStandaard zou een foto bij rugklachten van deze aard en duur niet nodig zijn.Jose´is niet gelukkig met dit advies van haar huisarts. Zij vraagt nu aan de bedrijfsarts of deze de foto wil laten maken. Ze is bang dat ze een hernia heeft en dat het allemaal erg lang gaat duren als er verder niets gebeurt. Bovendien heeft de leidinggevende van de IC haar gebeld met de vraag hoe lang ze denkt weg te blijven. Het is erg druk op de afdeling, er zijn nog enkele collega's ziek, en men kan Jose´eigenlijk niet missen.Marion van Raad doet een gericht lichamelijk onderzoek. Behalve een wat moeizaam functioneren van de lumbale wervelkolom, een licht beperkte anteflexie en enige lumbale hypertonie vindt zij geen afwijkingen. Met name is er geen sensibiliteitsvermindering of krachtsverlies aan de benen. Tenen-en hakkengang zijn ongestoord. De peesreflexen zijn normaal en symmetrisch en het teken van Lase`gue is beiderzijds negatief.De bedrijfsarts bespreekt haar bevindingen met Joseé n vertelt haar dat er geen aanleiding is om een foto te maken. Zij legt Jose´geduldig uit dat er sprake is van aspecifieke lage-rugklachten. Het is het beste om in beweging te blijven, en die activiteiten te doen die ze momenteel redelijkerwijs aankan. Met deze klachten en in dit stadium is er geen enkele reden voor beeldvormende diagnostiek, zoals ro¨ntgenfoto's of een MRI. Zulk onderzoek levert vrijwel nooit iets op, en als er al afwijkingen worden gevonden, hebben die vaak niets met de rugklachten van doen.Jose´hoort de uitleg van haar bedrijfsarts beleefd aan, maar geeft aan dat ze toch verder onderzoek wil. Zij heeft daar toch zelf ook een inbreng in? Een gewone ro¨ntgen-foto doet toch geen kwaad met die lage stralingsdoses van tegenwoordig? En die uitstralende pijn in haar rechterbeen zou toch heel goed op een beginnende hernia kunnen wijzen?A.P. Nauta (*) PersonaliaN...
Purpose Low back pain is one of the most common and expensive diseases of Western societies. Psychosocial factors such as low social status, depression, or work dissatisfaction are known to promote chronicity of low back pain. With a multidisciplinary approach, better outcomes can be achieved than with purely biomedical treatment. Optimal patient selection for multidisciplinary therapy reduces costs and labour. This study investigated whether elaborated questionnaires exceed simple items in predicting multimodal therapy success. Methods In this prospective longitudinal clinical study, 330 patients were followed up for six months after multidisciplinary therapy. We applied the patient questionnaire Heidelberg Short Early Risk Assessment Questionnaire for the Prediction of Chronicity in Low Back Pain (HKF-R10) that is approved and established for predicting chronicity in patients with acute low back pain to forecast the therapeutic outcome. Outcome criteria were QOL, pain reduction and back to work. Results With regard to outcome criteria, the HKF-R10 was unable to anticipate therapeutic success, but education level, depression, best pain condition, and helplessness predicted therapy success with an 80 % probability for QOL improvement. Conclusions It is not necessary to confront patients with an extensive and complicated questionnaire to predict the outcome of multidisciplinary therapy. In fact, assessing a few specific items allows better and easier prognosis estimation.
The therapeutic modalities available for the conservative management of chronic cervical and lumbar pain include underwater traction, the usefulness of which is not universally acknowledged. No reports have been published on clinical trials evaluating underwater traction. This study was intended to ascertain any beneficial impact of weightbath therapy on the clinical parameters and quality of life of patients with cervical/lumbar discopathy. The study population comprised 72 subjects. Two groups of 18 patients each received underwater traction therapy of the cervical or lumbar spine with add-on McKenzie exercises and iontophoresis. The remaining two groups, treated with exercises and iontophoresis, served as controls. VAS and SF36 scores, range of motion were monitored to appraise therapeutic efficacy in cervical discopathy, whereas these parameters were supplemented by the Oswestry index in lumbar discopathy. A MRI scan was done at baseline and after 3 months of follow-up. Underwater cervical or lumbar traction therapy for discopathy achieved significant improvement of all study parameters, which was still evident 3 months later. Among the controls, significant improvement of just a single parameter was seen in patients with lumbar, and of two parameters in those with cervical discopathy. Underwater traction therapy effectively mitigates pain, enhances joint flexibility, and improves the quality of life of patients with cervical or lumbar discopathy. The equipment required to administer weightbath therapy is simple to install and treatment technique is straightforward.
scite is a Brooklyn-based organization that helps researchers better discover and understand research articles through Smart Citations–citations that display the context of the citation and describe whether the article provides supporting or contrasting evidence. scite is used by students and researchers from around the world and is funded in part by the National Science Foundation and the National Institute on Drug Abuse of the National Institutes of Health.
customersupport@researchsolutions.com
10624 S. Eastern Ave., Ste. A-614
Henderson, NV 89052, USA
This site is protected by reCAPTCHA and the Google Privacy Policy and Terms of Service apply.
Copyright © 2024 scite LLC. All rights reserved.
Made with 💙 for researchers
Part of the Research Solutions Family.