SamenvattingEen gele verkleuring van de teennagels wordt in de volksmond vaak als 'kalknagels' aangeduid. Meer dan de helft van alle kalknagels wordt niet door een schimmel veroorzaakt. Voordat een eventuele behandeling tegen schimmels met orale antimycotica (terbinafine, itraconazol) wordt ingezet, dient de schimmelinfectie te zijn aangetoond met behulp van mycologisch onderzoek (KOHpreparaat, schimmelkweek). Als er sprake is van een schimmelinfectie, faalt de therapie bij 20 tot 50% van de ingestelde behandelingen. Drie jaar na een succesvolle behandeling is bij meer dan 20% een recidief opgetreden. Men kan zich afvragen of behandeling van kalknagels noodzakelijk is, zeker wanneer het probleem -zoals in de meerderheid van de gevallen -slechts cosmetisch is. Publieksvoorlichting door de fabrikanten van antimycotica, die de vraag naar dergelijke behandelingen stimuleert, is niet wenselijk.
InleidingEen groot deel van de bevolking heeft één of meer verdikte, geel verkleurde nagels die in de volksmond 'kalknagels' worden genoemd. De kans op het ontstaan van kalknagels neemt toe met de leeftijd. Van personen ouder dan 40 jaar heeft 15 à 20% kalknagels, meestal van de tenen. Hoewel de NHG-Patiëntenbrief en uitingen van de farmaceutische industrie anders suggereren, wordt deze nagelafwijking lang niet altijd door een schimmelinfectie veroorzaakt. Bij slechts 25 tot 50% van de patiënten met een nagelafwijking die klinisch zou kunnen passen bij onychomycose, wordt met mycologisch onderzoek daadwerkelijk een schimmelinfectie aangetoond.1,2 Bij meer dan de helft van de patiënten heeft de kalknagel dus een andere oorzaak. Hiertoe behoren repeterende (kleine) traumata van het nagelbed, bijvoorbeeld door te krap schoeisel of intensief sporten. Ook enkele huidziekten kunnen tot kalknagels leiden; ongeveer de helft van de patiënten met psoriasis en 10% van de patiënten met lichen planus heeft een vergelijkbare nagelafwijking, die soms de eerste of enige presentatie van de huidziekte is. Daarnaast ontstaan