Deze rapportage kijkt naar aanknopingspunten voor uitbreiding van de monitoring van burgerbetrokkenheid bij natuur, met als doel om bij te dragen aan betere grip op deze burgerbetrokkenheid. Dit is gedaan door een brede inventarisatie van kennisbehoeften in literatuur en diverse momenten van interactie met betrokkenen. Op basis hiervan wordt een dashboard gepresenteerd waarin de belangrijkste kennisbehoeften zijn geclusterd op 4 hoofdthema's: percepties van burgers rondom natuur, activiteiten van burgers in relatie tot natuur, de organisatie van de natuurbetrokkenheid van burgers en de effecten van burgerbetrokkenheid bij natuur. Ook is gekeken naar methodische aanknopingspunten voor het (door)ontwikkelen van indicatoren door deze te verdiepen om ze meer betrouwbaar te maken, ze te verbreden voor het ophalen van aanvullende informatie of via ontwikkeling van nieuwe methoden. We concluderen dat de veelvormigheid van burgerbetrokkenheid bij natuur vraagt om expliciete inzet op een spectrum aan indicatoren dat deze betrokkenheid vanuit verschillende invalshoeken in kaart brengt.
For a transition to a circular economy to take place, behavioural change from people who are part of the transition is a key requirement. However, this change often does not occur by itself. For systemic behavioural change, policy instruments that incentivise behaviour supporting circular food systems play a key role. These instruments need to be aligned with the environment in which the behaviour takes place. In this study, we scrutinise a case study with five initiatives on the reduction of food loss and waste (FLW) contributing to a circular food system, to understand how specific, well-targeted combinations of instruments as well as other contextual and personal factors can fuel the transition to a circular economy and the reduction of FLW. All the initiatives are taking place under the umbrella of the Dutch initiative “United against food waste” (STV). We use a behavioural change perspective to assess how initiatives that support circular food systems arise and how they can be further supported. Based on the case-study analysis, we arrive at five common success traits and barriers, and five key needs for upscaling. We conclude that motivated, inspiring frontrunners are of key importance in the initial phase of a transition process. However, once a niche initiative is ready to be scaled up, the enabling environment becomes increasingly important.
Overheidsbeleid voor het landelijk gebied wordt veelal uitgevoerd in (integrale) gebiedsprocessen. In deze studie hebben we aan de hand van drie verschillende (typen) gebiedsprocessen de verschillende barrières voor extensivering/verbreding van de landbouw geanalyseerd alsmede de manier(en) waarmee men tracht deze barrières te overwinnen. Centraal in deze studie staan de ervaringen in drie recente gebiedsprocessen (Engbertsdijksvenen, Schiermonnikoog en Ronde Hoep). Belangrijke barrières zijn het ontbreken van een gemeenschappelijke probleemperceptie tussen overheden en gebiedspartijen, het ontbreken van duidelijke overheidsdoelen, het tussentijds aanpassen van overheidsdoelen en -regels en het ontbreken van een concreet uitgewerkt instrumentarium voor extensivering/verbreding van de landbouw. Oplossingsrichtingen voor deze barrières variëren sterk per (type) gebiedsproces. Zo kan het ontbreken van instrumenten voor extensivering/verbreding in het ene gebiedsproces leiden tot het vormen van een pilot/experiment, terwijl in een ander gebiedsproces de betrokken boeren worden uitgekocht en extensivering/verbreding hierdoor (voorlopig) niet van de grond komt. De ervaringen uit de bestudeerde gebiedsprocessen leveren concrete lessen op voor toekomstige gebiedsprocessen in het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG).Government policies for rural areas are often implemented in area processes. In this study we analysed the barriers to agricultural extensification/diversification and the approaches taken to overcoming them in three different types of area processes. Central to this study are the experiences in three recent area processes (Engbertsdijksvenen, Schiermonnikoog and Ronde Hoep). Important barriers are the lack of a common perception of the problem among government authorities and stakeholders in the area, the lack of clear government objectives, the changing of government objectives and regulations during the course of the process, and the lack of a set of concrete policy instruments for agricultural extensification/diversification. Possible solutions for overcoming these barriers vary considerably, depending on the type of area process. For example, in one area process the lack of instruments for extensification/diversification may be circumvented by setting up a pilot project/experiment, while in another area process the farmers concerned may be bought out and no progress at all is made with extensification/diversification, at least for the time being. The experiences in the area processes investigated provide concrete lessons for future area processes under the National Rural Areas Programme (NPLG).
Dit rapport beschrijft diverse mogelijkheden voor uitbreiding van de bestaande, langjarige en landsdekkende monitoring van burgerbetrokkenheid bij natuur. Een concrete indicator voor 'burgerbetrokkenheid bij citizen science' is uitgewerkt. Soortenorganisaties die met vrijwillige natuurwaarnemers werken, hebben hierbij aangegeven dat zij relevante informatie kunnen aanleveren om de inzet van burgers als citizen scientists te kunnen kwantificeren. Aanvullend is ook onderzocht op welke wijze een panel-enquête kan worden ingezet om representatieve uitspraken te kunnen doen over twee doelgroepen: groene vrijwilligers en/of deelnemers aan groene burgerinitiatieven. Een test met een pilot-enquête laat zien dat er nog een aantal aandachtspunten zijn, maar dat het inzetten van zo'n panel wel haalbaar en wenselijk lijkt. Een meervoudig indicatorenpalet is van meerwaarde om recht te doen aan de diversiteit van burgerbetrokkenheid bij natuur. Het ontwikkelen van nieuwe indicatoren voor langjarige monitoring heeft echter alleen zin als data regelmatig worden geactualiseerd.
scite is a Brooklyn-based organization that helps researchers better discover and understand research articles through Smart Citations–citations that display the context of the citation and describe whether the article provides supporting or contrasting evidence. scite is used by students and researchers from around the world and is funded in part by the National Science Foundation and the National Institute on Drug Abuse of the National Institutes of Health.
customersupport@researchsolutions.com
10624 S. Eastern Ave., Ste. A-614
Henderson, NV 89052, USA
This site is protected by reCAPTCHA and the Google Privacy Policy and Terms of Service apply.
Copyright © 2024 scite LLC. All rights reserved.
Made with 💙 for researchers
Part of the Research Solutions Family.